Gebruik nieuwe watervelden

18-8 Nieuws

We hebben met z’n allen een flinke investering gedaan in een mooi veld. Een waterveld is extra gevoelig voor vervuiling. Vervuiling versterkt de kans op algen met als resultaat een glad en vies veld en hoge kosten voor het reinigen. Die kosten moeten uit lidmaatschapsgeld worden gedragen. Het is dus van belang om het veld schoon te houden.

Hoe kun je hieraan bijdragen?


•    Schoenen goed schoon kloppen voordat je het veld op stapt

•    Je teamgenoten en/of tegenstanders wijzen op het betreden van het veld met schone schoenen

•    Geen rommel op het veld gooien

•    Dug-out en veld schoon achterlaten

•    Een takje gewoon even oppakken en van het veld halen

•    Ernstige vervuiling direct melden bij de bar

•    Niet slepen met de doelen, maar de wielen onder de goals gebruiken


Sproeien

Het waterveld bij voorkeur gesproeid gebruiken. Dat betekent overigens niet dat de sproeiinstallatie steeds aan moet. Als het veld (nog) nat is dan hoeft er niet gesproeid te worden. De sproeiers kunnen alleen bediend worden met een sleutel. Bij wedstrijden kan de team-coach een sleutel achter de bar ophalen (en weer terugbrengen!), voor trainingen krijgen de trainers toegang tot een sleutel. Sproeien doen we volgens de volgende afspraken:  


->Voor de trainingen sproeien:

•    Voor de eerste training sproeien

•    Tussen trainingen alleen sproeien als een hoofdtrainer hier toestemming voor geeft.


->Voor de wedstrijden sproeien:

•    Voor de eerste wedstrijd sproeien alleen als dit nodig is, vaak is in de ochtend de dauw voldoende om het veld te bespelen.

•    Voor elke 11-tallenwedstrijd sproeien

•    In de rust wordt niet gesproeid. In uitzonderlijke gevallen, bij extreme hitte en dus snelle verdroging van het veld kan met toestemming van de scheidsrechter in de rust gesproeid worden.



Gebruik in verschillende weersomstandigheden:


Neerslag:

Bij neerslag hoeft in principe niet beregend te worden (wees zuinig met water). Wanneer er door zware regen veel water op het veld blijft staan dan wordt de training of wedstrijd uitgesteld. De goede doorlatendheid van het veld zorgt er voor dat het veld in de regel vrij snel na een flinke bui weer bespeelbaar is.


Sneeuw:

De regel bij sneeuw is simpel. Het veld niet bespelen en ook niet betreden. Door het betreden of bespelen van een besneeuwd veld wordt de sneeuw tussen de vezels van het veld gedrukt, met gevolg een vaste sneeuw- of ijslaag in de mat. Dit kan leiden tot een langdurig onbespeelbaar veld. Kortom, bij sneeuw:

•    Niet betreden

•    Niet bespelen

•    Niet beregenen

•    Niet schuiven of vegen van sneeuw


Vorst

Bij ‘droge’ vorst kan de mat tot temperaturen rond het vriespunt (< -2C) bespeeld worden. Kortom, bij invallende vorst kan een training vaak afgemaakt worden. Echter, houd de temperatuur goed in de gaten. Bij strengere vorst het veld verlaten en niet meer betreden. Bij temperaturen onder de -5C kan de vezel beschadigd raken wanneer er op het veld gespeeld wordt. Bij vorst:

•    Nooit sproeien

•    Temperatuur in de gaten houden

•    Bij temperaturen onder het vriespunt geen trainingen of wedstrijden meer spelen

•    Bij invallende vorst kan een training die al begonnen is vaak nog wel afgemaakt worden

•    Bij strenge vorst het veld niet betreden


Dooi

Na een lange periode met vorst (meer dan een week) kan in de dooi fase gecombineerd met regen het veld extra kwetsbaar zijn. Betreding van het veld kan dan leiden tot kuiltjes en schade in de onderbouw van het veld met als gevolg blijvende schade aan de vlakheid van de mat. Dus bij dooi na een langere periode met vorst:

•    Veld niet betreden

•    Pas weer betreden na overleg met de verantwoordelijke voor het terrein